Toyota Corolla Cross Bedrijfs- en Servicehandleidingen

Toyota Corolla Cross: Toyota Parking Assist-sensor in-/uitschakelen

Gebruik de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel om de Toyota Parking Assist-sensor in of uit te schakelen.

1.Selecteer van het multiinformatiedisplay en druk vervolgens op .

2.Druk op of om te selecteren en druk vervolgens op .

Wanneer de Toyota Parking Assist-sensor wordt uitgeschakeld, gaat het controlelampje Toyota Parking Assist-sensor OFF branden.

Als het systeem is uitgeschakeld en u het weer wilt inschakelen, selecteer dan op het multi-informatiedisplay, selecteer en vervolgens "On" (aan). Als het systeem door middel van deze methode is uitgeschakeld, wordt het niet automatisch weer ingeschakeld nadat het contact UIT en weer AAN is gezet.

WAARSCHUWING!

Waarschuwingen met betrekking tot het gebruik van het systeem

Vertrouw niet blindelings op het systeem, aangezien er een grens is aan de mate van nauwkeurigheid bij de herkenning en de ondersteunende mogelijkheden die dit systeem kan bieden. Het is altijd de verantwoordelijkheid van de bestuurder om de omgeving van de auto in de gaten te houden en veilig te rijden.

Ervoor zorgen dat het systeem goed werkt

Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Anders kan een ongeval het gevolg zijn.

  • Beschadig de sensoren niet en houd ze altijd schoon.
  • Plaats geen stickers of elektronische onderdelen zoals een kentekenplaat met achtergrondverlichting (met name fluorescerende), een mistlamp, een spatbordantenne of een draadloze antenne in de buurt van een radarsensor.
  • Stel de omgeving van de sensor niet bloot aan krachtige schokken. Als deze wel aan krachtige schokken is blootgesteld, laat de auto dan nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als de voor- de achterbumper moet worden verwijderd/geplaatst of vervangen.
  • Wijzig, demonteer of spuit de sensoren niet.
  • Bevestig geen afdekking op de kentekenplaat.
  • Houd de bandenspanning op de juiste waarde.

Wanneer moet de functie uitgeschakeld worden

Schakel in de volgende situaties de functie uit, omdat deze anders mogelijk zelfs werkt als er geen kans op een aanrijding is.

  • Het niet in acht nemen van bovenstaande waarschuwingen.
  • Als een niet-originele Toyotawielophanging (bijvoorbeeld verlaagde wielophanging) is gemonteerd.

Opmerkingen bij het wassen van de auto

Stel de omgeving van de sensoren niet bloot aan sterke waterstralen of stoom.

Anders kan de sensor defect raken.

  • Spuit bij het wassen van de auto met een hogedrukreiniger niet rechtstreeks op de sensoren, omdat dit er toe kan leiden dat een sensor niet meer goed werkt.
  • Richt bij het wassen van de auto met stoom de stoom niet rechtstreeks op de sensoren, omdat dit er toe kan leiden dat een sensor niet meer goed werkt.

Het systeem kan worden geactiveerd wanneer

  • Het contact AAN staat.
  • De Toyota Parking Assist-sensor is ingeschakeld.
  • De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
  • Een andere schakelstand dan P is geselecteerd.

Als "Parking Assist Unavailable Sensor Blocked" (Parking Assist niet beschikbaar, sensor geblokkeerd) wordtweergegeven op het multi-informatiedisplay

Mogelijk is een van de sensoren bedekt met bijvoorbeeld condens, ijs, sneeuw of vuil. Verwijder dan de condens, het ijs, de sneeuw, het vuil e.d. van de sensor om te zorgen dat het systeem weer normaal werkt.

Als een sensor vuil is, wordt de positie van de vuile sensor weergegeven op het display.

Ook wordt er bij lage temperaturen mogelijk een waarschuwingsmelding weergegeven doordat zich ijs vormt op een sensor en een sensor daardoor mogelijk geen obstakels signaleert.

Zodra het ijs smelt, zal het systeem weer normaal werken.

Als er een waarschuwingsmelding wordt weergegeven terwijl de sensor schoon is, is er mogelijk een storing aanwezig in de sensor. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Detectie-informatie sensoren

  • Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied rond de vooren achterbumper van de auto.
  • Tijdens het gebruik kunnen zich de volgende situaties voordoen:
    • Afhankelijk van de vorm van het object en andere factoren kan de detectieafstand korter worden of kan detectie niet mogelijk zijn.
    • Als het stilstaande object zich te dicht bij de sensor bevindt, is detectie wellicht niet mogelijk.
    • Tussen het signaleren van een statisch object en de weergave zit een kleine vertraging (geluid waarschuwingszoemer). Ook als er met lage snelheid wordt gereden, bestaat de mogelijkheid dat het object binnen 30 cm van de sensoren komt voordat het display wordtweergegeven en de waarschuwingszoemer hoorbaar is.
    • Het kan moeilijk zijn om de zoemer te horen als het audiosysteem hard staat of als de luchtcirculatie van de airconditioning veel geluid produceert.
    • Het kan moeilijk zijn om de geluidssignalen te horen ten gevolge van geluiden van andere systemen.
    • Bij een storing in het instrumentenpaneel klinkt de zoemer mogelijk niet.

Objecten die mogelijk niet goed worden gesignaleerd door het systeem

Door de vorm van het object kan de sensor het mogelijk niet signaleren. Let goed op bij de volgende objecten:

  • Kabels, hekken, touwen, enz.
  • Katoen, sneeuw en andere materialen die geluidsgolven absorberen
  • Zeer hoekige objecten
  • Lage objecten
  • Hoge obstakels waarbij het bovenste deel uitsteekt in de richting van uw auto

    ALS NACHSTES LESEN:

     Situaties waarin het systeem mogelijk niet goedwerkt

    De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de capaciteit van de sensor om objecten correct te signaleren. Specifieke situaties waarin dit voor kan komen ziet u hieronder. De sens

     Waarschuwingsfunctie obstakel (auto's met Advanced Park)

    De waarschuwingsfunctie voor obstakels informeert de bestuurder over de aanwezigheid van objecten naast de auto met behulp van een display en een zoemer, als de objecten zich binnen de geschatte koers

     RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)*

    *Indien aanwezig De RCTA gebruikt de radarsensoren opzij achter van de BSM in de achterbumper. Deze functie is bedoeld om de bestuurder te helpen gebieden te controleren die bij het achteruitrijden n

    MEHR ANZEIGEN:

     Energiemonitor/verbruiksscherm

    U kunt de status van het hybridesysteem zien op het multi-informatiedisplay en op het scherm van het audiosysteem. Systeemonderdelen Scherm audiosysteem Multi-informatiedisplay Bedieningstoetsen instrumentenpaneel Energiemonitor De energiemonitor kan worden gebruikt om de rijstatus van de a

     Opslaan voertuiginformatie

    De auto is uitgerust met geavanceerde computers die bepaalde gegevens opslaan met betrekking tot de bediening en werking van de auto. Gegevens opgeslagen door computers Bepaalde gegevens, zoals de volgende, worden opgeslagen afhankelijk van het moment van werking en de status van elke functie.

    © 2022-2025 Copyright nl.tcorollacross.com