*Indien aanwezig
Toegang door onbevoegden wordt voorkomen door het ontgrendelen van de portieren zowel van buitenaf als van binnenuit onmogelijk te maken.
Auto's die met dit systeem zijn uitgerust, zijn voorzien van labels op de ruiten van de beide voorportieren.
Inschakelen/uitschakelen van de supervergrendeling
Inschakelen
Zet het contact UIT, laat alle inzittenden de auto verlaten en controleer of alle portieren gesloten zijn.
Bij gebruik van de instapfunctie (indien aanwezig): Raak binnen 5 seconden tweemaal het sensorgebied van de buitenportiergreep aan.
Bij gebruik van de afstandsbediening: Druk
tweemaal binnen 5 seconden op
.
Uitschakelen
Met de instapfunctie (indien aanwezig): Houd de buitenportiergreep vast of druk op de schakelaar voor het openen van de achterklep.
Met de afstandsbediening: Druk op
.
WAARSCHUWING!
Voorzorgsmaatregelen voor de supervergrendeling
Schakel de supervergrendeling nooit in als er zich nog personen in de auto bevinden, omdat de portieren dan niet van binnenuit kunnen worden geopend.