Toyota Corolla Cross Bedrijfs- en Servicehandleidingen

Toyota Corolla Cross: Registratie van de positie van elk wiel na het wisselen van banden

Toyota Corolla Cross (XG10) 2022-2025 Instructieboekje / Onderhoud en verzorging / Banden / Registratie van de positie van elk wiel na het wisselen van banden

Na het wisselen van banden moet van elk wiel de positie worden geregistreerd.

De wielpositieregistratie kan door uzelf worden uitgevoerd. Registratie van de wielpositie wordt uitgevoerd door vooruit te rijden en voorzichtig bochten naar links en naar rechts te maken. Afhankelijk van de rijomstandigheden en de rijomgeving kan het echter enige tijd duren voordat de registratie voltooid is.

1.Parkeer de auto op een veilige plaats gedurende ongeveer 20 minuten en schakel vervolgens het hybridesysteem in.

De procedure voor de wielpositieregistratie kan niet worden uitgevoerd wanneer de auto rijdt.

2.Selecteer van het multiinformatiedisplay en druk vervolgens op .

3.Druk op of om "Vehicle Settings" (voertuiginstellingen) te selecteren en houd vervolgens ingedrukt.

4.Druk op of om "TPWS setting" (instelling TPWS) te selecteren en druk vervolgens op .

5.Druk op of om "Tyre Rotation" (wisselen van banden) te selecteren en druk vervolgens op .

6.Selecteer OK en druk vervolgens op .

Op het multi-informatiedisplay wordt een melding weergegeven die aangeeft dat de wielpositie wordt geregistreerd. "---" wordt weergegeven voor de bandenspanning van elke band en de registratie van de wielpositie begint.

7.Rijd rechtuit (met zo min mogelijk bochten naar links en rechts) met een snelheid van ten minste ongeveer 40 km/h gedurende ongeveer 10 tot 30 minuten.

Wanneer de wielpositieregistratie is voltooid, wordt een melding weergegeven dat de registratie is voltooid en wordt de bandenspanning van elke band weergegeven op het multi-informatiedisplay.

Zelfs als het niet mogelijk is om continu met een snelheid van ongeveer 40 km/h of meer te rijden, kan de registratie worden voltooid door gedurende langere tijd met de auto te rijden. Parkeer de auto op een veilige plaats gedurende ongeveer 15 minuten, met het contact AAN, als de registratie na 1 uur of langer rijden niet is voltooid en rijd vervolgens nogmaals met de auto.

Bij het registreren van de wielpositie

  • Normaal gesproken kan de wielpositieregistratie binnen ongeveer 30 minuten worden voltooid.
  • De wielpositieregistratie wordt uitgevoerd als de rijsnelheid ongeveer 40 km/h of hoger is.

Procedure wielpositieregistratie

  • Als het contact UIT wordt gezet terwijl de wielpositie wordt geregistreerd, wordt de volgende keer dat de het contact AAN wordt gezet, de wielpositieregistratie hervat en is het niet nodig om de procedure opnieuw te starten.
  • Als tijdens het bepalen van de positie van elk wiel, waarbij de bandenspanningen niet worden weergegeven, de spanning in een band daalt, gaat het waarschuwingslampje lage bandenspanning branden.

Als de wielpositie niet eenvoudig kan worden geregistreerd

  • In de onderstaande situaties duurt de wielpositieregistratie mogelijk langer dan gebruikelijk of is registratie niet mogelijk.
    • Erwordt niet gereden met een snelheid van ongeveer 40 km/h of hoger
    • Erwordt gereden op een onverharde weg
    • Parkeer de auto op een veilige plaats gedurende ongeveer 15 minuten als de wielpositieregistratie na 1 uur of langer rijden niet is voltooid en rijd vervolgens nogmaals met de auto.
  • Als de auto tijdens de wielpositieregistratie achteruit wordt gereden, worden alle tot dan toe verzamelde gegevens gewist. Ga nogmaals rijden.

Instellen van de bandenspanning

In de volgende situaties moet de procedure voor het instellen van de bandenspanning van het bandenspanningswaarschuwingssysteem worden uitgevoerd.

  • Wanneer de voorgeschreven bandenspanning is gewijzigd, zoals door de belading van de auto.
  • Bij het wijzigen van de bandenspanning omdat er een andere bandenmaat gemonteerd is.

Als de bandenspanning op het voorgeschreven niveau is gebracht, voer dan de procedure voor het instellen van de bandenspanning uit door de voorgeschreven bandenspanning te selecteren op het multi-informatiedisplay.

Als de bandenspanning anders moet zijn dan voorgeschreven, zoals wanneer banden met een andere dan de voorgeschreven maat worden gebruikt, stelt u de bandenspanning in m.b.v. de huidige spanning. Zorg ervoor dat u de bandenspanning van elke band op het juiste niveau afstelt voordat u de bandenspanning instelt. Het bandenspanningswaarschuwingssysteem werkt op basis van deze bandenspanning.

Instellen door de voorgeschreven bandenspanning te selecteren

1.Parkeer de auto op een veilige plaats en schakel vervolgens het hybridesysteem in.

De bandenspanning kan niet worden ingesteld terwijl de auto rijdt.

2.Selecteer van het multiinformatiedisplay en druk vervolgens op .

3.Druk op of om "Vehicle Settings" (voertuiginstellingen) te selecteren en houd vervolgens ingedrukt.

4.Druk op of om "TPWS setting" (instelling TPWS) te selecteren en druk vervolgens op .

5.Druk op of om "Tyre Pressure Setting" (instelling bandenspanning) te selecteren en druk vervolgens op .

6.Druk op of om "Setting by Specified Pressure" (instellen met voorgeschreven bandenspanning) te selecteren en druk vervolgens op .

7.Selecteer de gewenste bandenspanning en druk vervolgens op .

Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat 3 keer langzaam knipperen.

Nadat de bandenspanning is ingesteld, wordt op het multi-informatiedisplay een melding weergegeven die aangeeft dat het instellen is voltooid.

Banden

Als de bandenspanning niet eenvoudig kan worden ingesteld

  • Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning niet 3 keer knippert bij het starten van de procedure voor het instellen van de bandenspanning, is de procedure mogelijk niet gestart.

    Voer de procedure nogmaals uit vanaf het begin.

  • Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als de procedure voor het instellen van de bandenspanning niet kan worden voltooid na het uitvoeren van de bovenstaande procedure.

Instellen m.b.v. de huidige bandenspanning

WAARSCHUWING!

Alvorens de bandenspanning in te stellen

Zorg ervoor dat u de bandenspanning van elke band op het juiste niveau afstelt voordat u de bandenspanning instelt. Anders kan het voorkomen dat het waarschuwingslampje lage bandenspanning niet gaat branden terwijl de bandenspanning te laag wordt, of wel gaat branden terwijl de bandenspanning in orde is.

1.Parkeer de auto op een veilige plaats en schakel vervolgens het hybridesysteem in.

De bandenspanning kan niet worden ingesteld terwijl de auto rijdt.

2.Selecteer van het multiinformatiedisplay en druk vervolgens op .

3.Druk op of om "Vehicle Settings" (voertuiginstellingen) te selecteren en houd vervolgens ingedrukt.

4.Druk op of om "TPWS setting" (instelling TPWS) te selecteren en druk vervolgens op .

5.Druk op of om "Tyre Pressure Setting" (instelling bandenspanning) te selecteren en druk vervolgens op .

6.Druk op of om "Setting by Current Pressure" (instellen met huidige bandenspanning) te selecteren en druk vervolgens op .

Het waarschuwingslampje lage bandenspanning knippert 3 keer langzaam en er wordt een melding weergegeven op het multiinformatiedisplay die aangeeft dat de bandenspanning wordt ingesteld.

Nadat de bandenspanning is ingesteld, wordt op het multi-informatiedisplay een melding weergegeven die aangeeft dat het instellen is voltooid.

Banden

Waarschuwingen bandenspanningswaarschuwingssysteem

  • Wanneer de bandenspanning wordt ingesteld m.b.v. de huidige bandenspanning, zal de waarschuwingstijd van het bandenspanningswaarschuwingssysteem variëren afhankelijk van de omstandigheden waaronder de bandenspanning is ingesteld. Daarom kan er een waarschuwing worden afgegeven, zelfs als de bandenspanning iets daalt of als de bandenspanning hoger wordt dan toen de bandenspanning werd ingesteld.
  • Voer de procedure voor het instellen van de bandenspanning uit na het op spanning brengen van de banden.

    Zorg er daarnaast voor dat de banden koud zijn voordat de procedure voor het instellen van de bandenspanning wordt uitgevoerd of de banden op spanning worden gebracht.

Procedure voor instellen bandenspanning

  • Als het contact UIT wordt gezet terwijl de bandenspanning wordt ingesteld, wordt de volgende keer dat de het contact AAN wordt gezet, de instelprocedure hervat en is het niet nodig om de procedure opnieuw te starten.
  • Als de procedure voor het instellen van de bandenspanning onnodig wordt gestart, pas dan de bandenspanning aan op het voorgeschreven niveau met koude banden en voer vervolgens de instelling uit door een voorgeschreven bandenspanning te selecteren of voer de procedure voor het instellen van de bandenspanning uit met de huidige bandenspanning.

Als de bandenspanning niet eenvoudig kan worden ingesteld

  • Normaal gesproken kan de procedure voor het instellen van de bandenspanning in 2 of 3 minuten worden voltooid.
  • Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning niet 3 keer knippert bij het starten van de procedure voor het instellen van de bandenspanning, is de procedure mogelijk niet gestart.

    Voer de procedure nogmaals uit vanaf het begin.

  • Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als de procedure voor het instellen van de bandenspanning niet kan worden voltooid na het uitvoeren van de bovenstaande procedure.

    ALS NACHSTES LESEN:

     Registreren van identificatiecodes

    De bandenspanningssensoren en -zenders zijn voorzien van een unieke identificatiecode. Als er nieuwe bandenspanningssensoren en -zenders gemonteerdworden, moeten de ID-codes van deze componenten worde

     Wielenset selecteren

    Uw auto is uitgerust met een bandenspanningswaarschuwingssysteem met een functie om twee sets identificatiecodes te registreren. Hiermee kan een tweede wielenset worden geregistreerd, bijvoorbeeld een

     Bandenspanning

    Zorg ervoor dat de banden de juiste spanning hebben. De bandenspanning moet ten minste eenmaal per maand gecontroleerdworden. Toyota beveelt u echter aan de bandenspanning eens per twee weken te contr

    MEHR ANZEIGEN:

     Gebruik van de interieurverlichting

    Overzicht interieurverlichting Plaats van de interieurverlichting Leeslampjes voor/ interieurverlichting voor Verlichting portierbekleding (indien aanwezig) Interieurverlichting achter Verlichting bekerhouders (indien aanwezig) Verlichting open opbergvak (indien aanwezig) Bedienen van

     Als de PKSB (Parking Support Brake) in werking is getreden

    Als de auto is stilgezet door de werking van de PKSB (Parking Support Brake), wordt de PKSB (Parking Support Brake) uitgeschakeld en gaat het informatielampje ondersteunende systemen branden. Als de PKSB (Parking Support Brake) onnodig in werking treedt, kan de remregeling worden geannuleerd door he

    © 2022-2025 Copyright nl.tcorollacross.com